Ouderen met elkaar in gesprek met kaartspel van Bubbelbrekers

Ouderen gaan met elkaar in gesprek met het kaartspel van Bubbelbrekers. Door persoonlijke verhalen te delen en daarop te reflecteren, stimuleren zij verbinding en begrip. Zelfs over onderwerpen die niet altijd gemakkelijk bespreekbaar zijn.

Wie was Annie M.G. Schmidt? Welke rol speelt vriendschap in jouw leven? Wanneer noem je iets een thuis? En zijn robots eigenlijk wel een goede ontwikkeling? Dit zijn enkele vragen waarover ouderen in de Openbare Bibliotheek van Amsterdam (OBA) in gesprek gaan met elkaar. Bubbelbrekers biedt een positief tegengeluid in een tijd waarin polarisatie en verharding aan de orde van de dag is. Door betekenisvolle ontmoetingen te creëren en dialogen te leiden, zorgt Bubbelbrekers dat het gesprek gevoerd blijft worden. Zo inspireert Bubbelbrekers mensen om het gesprek aan te blijven gaan.

Ouderen in gesprek in de bieb

In 2024 heeft Bubbelbrekers op meerdere OBA-locaties een dialoog georganiseerd. Sinds een aantal jaar gebruikt Bubbelbrekers hun eigen kaartspel voor de dialogen. Het spel bestaat uit 101 kaartjes met prikkelende vragen, verdeeld over vier thema’s: Nederlandse kunst & geschiedenis, Nederlandse cultuur & maatschappij, wereldse tradities & wetenschap en psychologie & filosofie.

In dit spel is er ruimte voor iedereen om persoonlijke verhalen te delen. De gespreksleider zorgt dat iedereen aan het woord komt en iedereen zich gehoord voelt. De diversiteit aan gespreksonderwerpen zorgt voor verrassende gesprekken over onderwerpen die je normaal niet snel met elkaar bespreekt. Dit inspireert deelnemers om in hun persoonlijke leven het gesprek te blijven voeren over onderwerpen die niet altijd makkelijk zijn.

‘Want wanneer kan je bijvoorbeeld spreken van een vriendschap?’

Mooie discussies

Zo ontstaat er regelmatig een discussie tijdens dialogen. Want wanneer kan je bijvoorbeeld spreken van een vriendschap? Is een appje sturen nog wel echt contact? Of moet je elkaar minimaal een keer per maand zien om het een vriendschap te kunnen noemen? Allemaal vragen die aan bod komen wanneer dialoog wordt gevoerd. De gespreksleider zorgt dat er ruimte is voor alle perspectieven en dat de discussie op een respectvolle wijze wordt gevoerd.

Persoonlijke verhalen

Op 22 oktober was het de beurt aan de locatie Buitenveldert. Een groep van 10 mensen spraken over de verschillende onderwerpen waaronder de Watersnoodramp. Deelnemer Margreet vertelde hoe haar huis tijdens de watersnood onder water kwam te staan: ‘Mijn familie zag het water aankomen. Daarom hadden we van tevoren zoveel mogelijk meubels op de eerste verdieping gezet. Toen het water het huis bereikte, logeerden ik samen met mijn broers en zussen bij een collega van mijn vader die op een dijk woonde. Na afloop bleek dat het water de eerste verdieping niet had bereikt. Zowel het huis als mijn familie is gespaard gebleven.’ Dit voorbeeld laat zien hoe deelnemers persoonlijke ervaringen delen.

Reflectie op de middag

Gespreksleider Jip Zant over de middag: ‘Ik vond het leuk om te zien hoe het gesprek zich ontwikkelde. Aan het begin moesten de deelnemers nog even doorkrijgen wat de bedoeling was en waren ze vooral tegen mij aan het praten. Tijdens de koffiepauze liep ik langs met wat koekjes en vroeg aan de wat stillere mensen hoe ze het vonden. Een meneer vond de onderwerpen tot nu toe maar zweverig, vanwege de abstracte onderwerpen als ouderdom en geluk. Na de pauze liet ik ze dan ook in gesprek gaan over een concreet onderwerp dat hij graag wilde bespreken: de watersnoodramp van 1953. Hierdoor kwamen persoonlijke verhalen los waar de deelnemers met veel interesse naar luisterden. Tegen het einde van de dialoog hadden de deelnemers mij bijna niet meer nodig voor het leiden van het gesprek, dit liep nu bijna vanzelf. Heel leuk om te zien wat een paar kaarten en goede vragen met een groep mensen kan doen!’